In de knoop
Vandaag was, ik weet geen betere benaming dan, een #kutdag.
Na een slechte nacht met weinig slaap kon ik niet veel.
De beperkte energie die ik heb probeer ik te bewaren voor mijn dochters, om toch een beetje moeder te kunnen zijn.
Maar vandaag moest ik zelfs nee zeggen tegen een van mijn dochters. Kindlief had de tijd niet in de gaten gehouden en dreigde de bus te missen. Of ik haar brood wilde smeren. Ik trok het niet op dat moment. Dan voel je je een slechte moeder. Ook al is dochterlief bijna 21. Ook al was het dochterslief eigen stomme schuld dat ze de tijd niet goed in de gaten had gehouden.
Als de oudste dochter naar school is en de jongste naar haar eindexamen slaap ik een paar uur.
Als ik rond 15.30 uur weer wakker word loop ik naar de apotheek. De apotheek ligt hier 150 meter vandaan dus een kleine moeite. Nou, niet voor mij vandaag. Terwijl de medicijnen worden klaar gemaakt hang ik over de balie, zo moe was ik weer. De 150 meter naar huis breng ik kokhalsend door. Thuis meteen weer de verplichtte rust.
Ik stuur mijn man een appje, dan weet hij waar hij aan toe is als hij thuiskomt.
De jongste komt gelukkig opgewekt thuis. Na even gekletst te hebben gaat zij aan de gang met haar laatste examen morgen.
De oudste komt tussen school en werk 5 minuten thuis. Precies genoeg tijd om haar nette blouse op de strijkplank te gooien en een oud shirt aan te trekken naar werk.
Tegen half 6 ga ik aan de afwas die er nog staat van gister. Dat die er nog staat is mijn eigen schuld. Ik weet het. Ik moet strenger zijn tegen de meiden en ze verplichten de afwas te doen. Maar ja, dan komt ook dat stomme schuldgevoel weer omdat ik als moeder het al zo laat afweten. En aan de andere kant, ook al zijn ze 18 en 20, ze zijn nog jong genoeg om zich aan de kutklusjes te ontrekken als ze daar de kans voor krijgen. Dus ik sta aan de afwas, huilend.
Als manlief thuis komt en mij huilend ziet beulen scheldt hij me liefdevol uit. Ik word mijn mandje weer ingestuurd.
"We eten wel makkelijk," zegt manlief. De frituur wordt op het kleine stukje aanrecht gezet wat nog vrij is.
Hij vliegt nog even naar de kruidenier die ook op de kleintjes let en haalt heerlijk ongezonde snacks die ik later wel met smaak naar binnen werk.
Morgen heb ik een date met de arbo-arts. Dan ga ik haar vertellen dat leven met èèn auto-immuunziekte soms al kut is, ik heb er vier! Auto-immunziektes zorgen vaak dat je wat sneller vermoeid bent. Daarnaast zit ik nog met die essentiële trombocytemie. Veel patienten met trombocytemie worden door grote vermoeidheid beperkt in hun leven.
Mentaal wil ik zo veel. Lichamelijk kan ik zo weinig. Op zulke dagen liggen mijn geest en lijf echt in een grote knoop. Dat is denk ik wel het ergste van ziek zijn. Vandaag hielp zelfs mijn gevoel voor humor me er niet door heen. Maar gelukkig heb ik mijn mooie koppie nog.
Na een slechte nacht met weinig slaap kon ik niet veel.
De beperkte energie die ik heb probeer ik te bewaren voor mijn dochters, om toch een beetje moeder te kunnen zijn.
Maar vandaag moest ik zelfs nee zeggen tegen een van mijn dochters. Kindlief had de tijd niet in de gaten gehouden en dreigde de bus te missen. Of ik haar brood wilde smeren. Ik trok het niet op dat moment. Dan voel je je een slechte moeder. Ook al is dochterlief bijna 21. Ook al was het dochterslief eigen stomme schuld dat ze de tijd niet goed in de gaten had gehouden.
Als de oudste dochter naar school is en de jongste naar haar eindexamen slaap ik een paar uur.
Als ik rond 15.30 uur weer wakker word loop ik naar de apotheek. De apotheek ligt hier 150 meter vandaan dus een kleine moeite. Nou, niet voor mij vandaag. Terwijl de medicijnen worden klaar gemaakt hang ik over de balie, zo moe was ik weer. De 150 meter naar huis breng ik kokhalsend door. Thuis meteen weer de verplichtte rust.
Ik stuur mijn man een appje, dan weet hij waar hij aan toe is als hij thuiskomt.
De jongste komt gelukkig opgewekt thuis. Na even gekletst te hebben gaat zij aan de gang met haar laatste examen morgen.
De oudste komt tussen school en werk 5 minuten thuis. Precies genoeg tijd om haar nette blouse op de strijkplank te gooien en een oud shirt aan te trekken naar werk.
Tegen half 6 ga ik aan de afwas die er nog staat van gister. Dat die er nog staat is mijn eigen schuld. Ik weet het. Ik moet strenger zijn tegen de meiden en ze verplichten de afwas te doen. Maar ja, dan komt ook dat stomme schuldgevoel weer omdat ik als moeder het al zo laat afweten. En aan de andere kant, ook al zijn ze 18 en 20, ze zijn nog jong genoeg om zich aan de kutklusjes te ontrekken als ze daar de kans voor krijgen. Dus ik sta aan de afwas, huilend.
Als manlief thuis komt en mij huilend ziet beulen scheldt hij me liefdevol uit. Ik word mijn mandje weer ingestuurd.
"We eten wel makkelijk," zegt manlief. De frituur wordt op het kleine stukje aanrecht gezet wat nog vrij is.
Hij vliegt nog even naar de kruidenier die ook op de kleintjes let en haalt heerlijk ongezonde snacks die ik later wel met smaak naar binnen werk.
Morgen heb ik een date met de arbo-arts. Dan ga ik haar vertellen dat leven met èèn auto-immuunziekte soms al kut is, ik heb er vier! Auto-immunziektes zorgen vaak dat je wat sneller vermoeid bent. Daarnaast zit ik nog met die essentiële trombocytemie. Veel patienten met trombocytemie worden door grote vermoeidheid beperkt in hun leven.
Mentaal wil ik zo veel. Lichamelijk kan ik zo weinig. Op zulke dagen liggen mijn geest en lijf echt in een grote knoop. Dat is denk ik wel het ergste van ziek zijn. Vandaag hielp zelfs mijn gevoel voor humor me er niet door heen. Maar gelukkig heb ik mijn mooie koppie nog.